Toeren door het Groninger landschap.

 

Het is zondag morgen 10 april als ik de voorzitter uit zijn bed bel en in het gaande gesprek zegt hij dat de belangrijkste gebeurtenis van het seizoen des middags zal plaatsvinden. Wel een beetje nieuwsgierig geworden vraag ik naar de bekende weg. Ja de openingsrit onder leiding van het chapterhoofd himself.

Enigszins uit mijn winterslaap gehaald, oh is dat nu al.

Dat betekent gesprek afkappen, naar huis app’en dat de plannen om moeten, de motor zat wel al aan de lader toch? Thuisgekomen lopen de spanningen iets op, en de banden hadden dat ook wel nodig, verlichting doet het ook nog.

Eh olie bijvullen of kan het nog. Brandstof moet wel een beetje vers zijn toch voor een goede start. Starten maar. Broemm , Broemm , potverdorie het zal toch niet.

Maar gelukkig zit de batterij goed vol en na enig aandringen heb ik de FJ ook uit de slaapstand.

Kleding aan en een helm op de kop en die nieuwe navi dan kunnen we in ieder geval de route nog eens nakijken.

Aangekomen blijkt de bende er al te staan en ik sluit achteraan.

Al die ruige knapen begroet hebbend moet er nog even een nieuwe bike bekeken worden. Dat monster is even achteloos op de hei gekocht, daar waren we getuige van.

Van alle andere dingen die er die middag gezien en gedaan hebben en zijn word over gezwegen  in alle talen.

In de rondte rijden door velden waar eventueel nieuwe waar kan worden gepland, door dorpen gereden en goed gekeken waar nog wat te halen valt.

Want als je terugkomt en je kan niet meepraten over het instant houden van de club dan word je er ook zo weer uitgeschopt.

Op het terras word de boel gelijk verbouwd en ieder neemt een plaats in. En na enige tijd komen de gesprekken om ons heen weer een beetje opgang.

De locatie is goed en de bediening misschien een beetje aan de gedateerde kant, maar de versnapering is vers en uit eigen keuken met smaak bereid.

   

Of in het voor de pauze gedeelte is te langzaam gereden of de pauze was te uitgebreid, want met die ouwe hap is het toch wel één kopje erin en twee er weer uit en dat duurt dan ook nog weer langer. Oftewel druppelsgewijs.

De bende trapt de motoren weer aan en het plaatsje zucht van verlichting dat alles nog bij het oude is en als de bende uit het zicht is verdwenen en de brandstofdampen opgetrokken zijn, trekken ook de donkere wolken weg.

Blijkbaar gooit de navi het bijltje erbij neer na goed een half uur want we rijden file op de N34 naar Exloo. En al word de groep uitelkaar getrokken eenieder arriveert heelhuids op de locatie.

Nadat ieder nogmaals op het hart gedrukt is dat er niets van mag uitlekken valt de groep uiteen als goede burgervaders die straks aan het hoofd van de tafel het vlees snijdt en verdeeld.

 

Tot een volgende keer mannen.